De Milfordtrack

11 maart 2017 - Fiordland National Park, Nieuw-Zeeland

Om 9 uur landt Grant op het vliegveld van Queenstown en vanaf daar gaan we samen verder. Mijn 'Personal Crazy Kiwi Guide' noem ik hem. We hebben veel lol samen, hij vertelt interessante dingen over het land, de flora, de fauna en zonder hem had ik deze tracks niet kunnen lopen. De tickets die je nodig hebt om in de hutten te verblijven zijn soms een jaar van te voren uitverkocht. Ze laten ca. 40 'Free-walkers' per dag toe op de tracks wat natuurlijk een goed behoud van het National Park is. Daarnaast loopt er ook een selecte groep 'Guided-walkers' over de tracks. Deze lui dragen overdag in hun light-daypack alleen een zakdoek & een zakje 'niet-door-henzelf-klaargemaakte-lunch'. Ze zijn in de ochtend ook wel te herkennen aan hun brandschone kleren, haartjes en heerlijke luchten. Zij verblijven in luxe hutten mét douches en koks. De bagage wordt met een helikopter overgevlogen. Ze betalen voor deze nèt-niet prestatie wel de hoofdprijs! 

Met een klein busje worden we naar Te Anau gebracht waar we 1 nacht blijven om vervolgens de volgende ochtend per boot naar het begin van de track te worden gebracht. Dat geeft ons nog even de tijd om de voorraad voedsel in orde te brengen. Overal kan je de frize-dry pakketten kopen in de meest exotische smaken. Veel lamsvlees wat logisch is met de hoeveelheid schapen in dit land. Zowel warme maaltijden als toetjes. Als het net zo smaakt als op de plaatjes dan maak ik mij geen zorgen. Verder kopen we een lading chocolade van Whittaker's, iets lekkerders is er niet en in de supermarkt worden we door 2 jonge hikers gewezen op 'Bumper bars'. Soort muesli bars met fruit & chocolade... verrukkelijk! Denk dat ik deze ga importeren in Nederland. Voor de lunch gaan er crackers, kaas & salami mee. 

De tocht per boot brengt ons door mist en zachte regen naar het onbewoonde Fiordland. Het is net of ik in een film ben beland. Het ziet er mysterieus uit, deze onbekende wereld van diep grijs water en de zwarte silhouetten van de bergen die gehuld zijn in laaghangende wolken. De boot vaart verder en verder. We passeren talloze inhammen maar we gaan nog dieper het Fiordland in. Na een tijd mindert de schipper vaart om ons het kruis ter nagedachtenis van één van de eerste ontdekkingsreizigers in dit gebied te tonen. De man was op dit kleine eilandje voor het laatst gezien voor hij voorgoed verdween. Brrrr...
Stiekem vind ik dit onbekende wel spannend. Voor de buitenwereld zeg ik dat ik wat last van de boot heb. 

We nemen afscheid van de bemanning als we op een kleine steiger middenin het Fiordland aan het begin van de Milfordtrack worden afgezet. 
Op de steiger moeten we door bakken met ontsmettingsmiddel lopen om zo onze schoenen vrij te maken van bacteriën. Ditzelfde doen we even verderop met onze handen. Langs de tracks staan ook talloze vallen voor ratten en possums die door hun komst op de eilanden de vogel aantallen drastische naar beneden hebben gebracht. Door oa deze maatregelen zijn de aantallen gelukkig weer gestegen. Dit wordt direct bevestigd wanneer we de eerste stappen op de Milfordtrack zetten. Lopend door een tropische regenwoud met een koor aan vogels. Ik weet echt niet wat ik hoor en zie. Varens zo groot als bomen. Ferntrees worden ze genoemd. Hun stammen zijn bedekt met een zwart soort schimmel waardoor de lichtgroene kroon bijna licht geeft door het contrast. Veel mossen en bomen die ik nog nooit eerder gezien heb. Al snel maak ik kennis met de Piwakawaka. Een klein schattig vogeltje met mooie kleurtjes en een staart als een waaier die zeker groter is dan het vogeltje zelf. Als je hun geluid nabootst en stil staat op het pad zoeken ze je op om trots hun waaierstaart te laten zien. Een ander te schattig vogeltje is de Robin. Lijkt sterk op ons Roodborstje, maar dan in zachte grijstinten en op iets hogere pootjes. Deze dotjes wachten je op langs de kant van het pad en op het moment dat je stil staat naderen ze je voorzichtig om de sandflies van je broek en schoenen te pikken. 
Over de eerste 5 kilometer doen we zeker 2 uur! Ik krijg geen genoeg van al deze kleine vriendjes en ondertussen krijgen we een waar concert van de Bell birds. Waanzinnig welk geluid er uit dit vaag groene, weinig excentriek ogende vogeltje komt. 

Mijn eerste impressie van de hut is goed. Een op een prachtige plek gesitueerde verzameling van onopvallende gebouwen met vlonders rondom waarbij alles geschilderd is in een kleur die mengt met de natuur. Iedere hut heeft zijn eigen regels en gebruiken en deze worden beheerd door de ranger. Wij hebben ranger Billy! Van Billy word je blij! Iedere avond om half 9 na het eten (dat iedereen zelf bij zich heeft en maakt en restanten moeten ook zelf het park uitgedragen worden) is er de 'hut-talk'. Billy vertelt over wat te doen bij rampen zoals brand of overstroming, de conditie en moeilijke stukken van de tracks worden besproken, de weersverwachting en dat je je schoenen buiten moet ophangen aan haken. Als je ze op de vlonders laat staan (binnen is geen optie vanwege de geur) dan tref je in de ochtend misschien alleen nog een stukje schoenlip aan. Naast de schattige vogeltjes zijn er ook iets minder schattige exemplaren de Kea's genoemd. Uit de kluiten gewassen, iets wat destructieve  papegaaien met een indrukwekkende snavel die alles molesteren wat er binnen hun snavelbereik ligt. Ze krijsen oorverdovend, interessante jongens deze carnivoren! 

Bij aankomst bij de hut, sprint je direct naar de slaapvertrekken om een bed uit te zoeken. Spullen op het bed en het bed is van jou. Later registreer je jezelf op een lijst. De indeling van de slaapvertrekken is in iedere hut anders. Soms  kamers met 6 stapelbedden, soms alleen lage bedden en als je pech hebt dan is het één bed van 20 matrassen tegen elkaar en lig je zij aan zij met ook nog bovenburen. Dus 40 mensen in 1 ruimte... Op plastic matrassen dus dat kraakt lekker. Niet iedereen gaat op dezelfde tijd naar bed dus het eerste uur is het een komen en gaan van mensen in die ruimte die met lichtjes op hun hoofd proberen onzichtbaar te zijn en zachtjes proberen te doen. In de ochtend hetzelfde ritueel. Zodra er 1 iemand zijn bed uit kruipt en begint te rommelen in al zijn plastic zakken (tegen de regen) is het gedaan met de rust. Tientallen nationaliteiten dus dat is ook interessant. Je kunt er een hele studie op loslaten en na een paar dagen weet je precies bij wie je wel en niet in de kamer wilt slapen. Japanners zijn stil, Chinezen luidruchtig. Naar het hecht zich snel, we hebben allemaal hetzelfde doel en leggen hetzelfde traject af. Al snel ontmoeten we een leuk stel uit Australië, Steve & Bernadette waar we mee optrekken. Er wordt ook door de ranger gevraagd om goed op elkaar te letten en elkaar te helpen daar waar nodig. Iedereen is overdag redelijk op zichzelf en men vertrekt ook op verschillende tijden. Sommige zijn al voor het ochtendgloren vertrokken, Grant & ik genieten in de ochtend van een goed ontbijt (oats & noten) koffie & thee en maken geen haast onderweg. Een bed heb je aan het einde van de dag toch wel en iedere keuze is belabberd. Daarnaast vinden we het zonde om al vroeg in de middag op de volgende bestemming aan te komen. Onderweg is er zoveel te zien en af en toe kan je zelfs een extra stukje track lopen naar een waterval bijvoorbeeld. Gemiddeld loop je zo'n 7 uur op een dag. Dat is best pittig met de 15 kilo op je rug. 

Dag 2 begin ik alles een beetje te voelen. Het is ook even dubben hoe je je pack afstelt. Je kunt bijna alle gewicht op je heupen dragen waarmee je je rug weinig tot niet belast. Maar mijn heupgewrichten beginnen na 2 dagen ook te piepen en beurs aan te voelen dus moet ik de balans proberen te vinden.  Als ik op dag 3 opsta kan ik amper lopen van de spierpijn. Nog slechter nieuws is dat dit de zwaarste en langste dag gaat worden. Ook de mooiste en de spectaculairste dus ik ga er maar vanuit dat dit mij gaat helpen dragen en bewegen. 

Op naar de top, ik overdrijf niet als ik zeg dat écht iedere stap pijn doet. De weg is zeer steil en ligt vol grote stenen en rotsen. Ook is het smal en zijn de afgronden niet misselijk. Ik bemerk een lichte angst op sommige plekken en dat vraagt ook iets van je energie. Iedere centimeter mijn benen hoger optrekken is nauwelijks te doen. Op aanraden van Grant & onze vrienden de Aussies heb ik vanmorgen een hoge dosis pijnstillers ingenomen. Voel er nog niks van. Ik ruik de 'Guided-walkers' ons van achteren naderen. Ik heb geen zin om opgedreven te worden als een Nederlands platteland schaap op de te steile Nieuw Zeelandse bodem dus ik plak mijzelf tegen een rots aan zodat ze kunnen passeren. Geeft mij mooi even de tijd om op adem te komen. Daar komen ze hoor, de gewassen snuiters! Zal niet ontkennen dat ik een lichte jaloezie voel opvlammen door deze frisse jongens. In de laatste regionen loopt een vriendelijke Amerikaan en ik denk dat het mijn zielige snuitje was dat hem bewoog mij een reepje chocolade in mijn hand te drukken. Wat lief! Het helpt nog ook! Je hebt gewoon chocolade nodig om de top te bereiken. Zonder enig schuldgevoel peuzel ik de reep in 1x op. 
De vegetatie langs het pad verandert langzaam en al snel lopen we uit de bomen. Maar met ons hoofd in een flinke wolk en het begint ineens vreselijk hard te stormen. Ook dat nog! Boven aan de berg weet bijna niemand zich staande te houden. Het is een grappig schouwspel want na deze waanzinnige inspanning wil iedereen een foto bij het heilige kruis. Als ook wij op de foto staan vluchten we een shelter in om bij te komen, op te drogen en iets te eten. Het is ook erg koud buiten, lijkt wel wintersport. Je ziet geen hand voor ogen door de wolken waar we middenin zitten. Eeuwig zonde maar dit zijn de wetten van de natuur. Na een uurtje hijsen we onze bepakking weer op onze rug en gaan we dapper verder. Op het moment dat de afdaling langzaam wordt ingezet voelen we dat de zon doorbreekt. De wolken worden langzaam dunner en als een theatergordijn trekken ze open waardoor we een toneel aan bergwanden zien die woest glinsteren in de zon. Tussen twee bergen in ontstaan er richting het dal een waterval van wolken die in een continue stroom een ongelooflijk mooi schouwspel laat zien. Achter ons loopt een professionele gids die vertelt dat hij de Milford al voor de 24e keer loopt maar nog nooit zoiets waanzinnigs heeft gezien. Ik voel een verliefd gevoel opkomen en mijn dieselmotortje begint te lopen. De rest van de tocht zijn we in vervoering van alle watervallen en prachtige dalen waar we doorheen lopen. Lord of the rings scenario's. Ik voel dat het soms moeilijk is om op te slaan omdat bijna om iedere hoek weer een nieuw schouwspel ons opwacht. 

Op dag 4 lopen we hem uit! In de Sandfly Bay ligt een bootje op ons te wachten. Hier zijn deze little buggers voor het eerst ontdekt en nooit meer weggegaan. Soort laatste test of je wel écht een toff cookie bent. De boottocht over de Milford Sound ging veel te snel voorbij. Wat een prachtige steile wanden zijn dit. Ze zijn bijna driehoekig van vorm en ook hier is het water diepblauw door de zon. Als ik mijn backpack op de kade zet voel ik mij net een luchtballon zonder mijn zware vriend op mijn rug. Het gevoel dat ik opstijg, licht & gelukkig! 
We did it! 

Van reisblog naar fotoboek
Laat een prachtig fotoboek afdrukken van je verhalen & foto's. Al vanaf € 21,95.
reisdrukker.nl

Foto’s

2 Reacties

  1. Joy:
    1 april 2017
    Heb alles gelezen en gezien. Wat supermooi allemaal. Wat een prestatie Kaar, wat bijzonder, dit raak je nooit meer kwijt. Al dat moois werd ik stil en bescheiden van, kun je nagaan wat zoiets met jou doet!!! Als je weer helemaal "geland" bent hoop ik je even vast te kunnen houden om te kijken of je nog "echt" bent! Big hug Joy
  2. Bob Bendien:
    1 april 2017
    Wat een mooi verhaal Karin, Het is net of ik er bij ben en met je mee loop.